Dit gebeurde er namelijk twee weken geleden in onze groep;
We zitten in de kring.
‘Jongens en meiden, we hebben ontzettend leuk nieuws,’ begin ik. ‘Wij mogen dit jaar het kerstspel spelen.’
‘Yes!!!’ klinkt het vanuit onze groep. Er vindt meteen druk overleg plaats. Wat hebben ze nodig, wie speelt welke rol, waar gaan we het spel opvoeren?
‘Juf, mag ik het schaap zijn?’, Joe gniffelt en vertelt verder, ‘Dat was ik de vorige keer ook en kan ik echt heel goed. Luister maar; bèh!’
Amber vult hem aan; ‘Ik wil wel de ezel zijn. Volgens mij was er geen schaap hoor, Joe.’
‘Nee, dat schaap klopt niet, die ezel wel. Daar zat Maria op,’ Kamille vult Amber weer aan.
‘Nou, volgens mij hebben we heel veel mensen nodig. We hebben Jezus nodig en Maria. Oh, en ook die vader van Jezus. Niet God, maar die andere, hoe heette die nou?’ Freek kijkt wanhopig zijn klasgenoten aan.
‘Jozef!’ brult Anton en Freek knikt tevreden.
Joy steekt haar vinger in de lucht. ‘Moeten we niet ook een engel doen? Die de waarschuwing aan Maria doorgaf?’
‘Dat was geen waarschuwing maar een boodschap,’ helpt Laura haar. ‘Hij gaf de boodschap door aan de herders, zij gaven het door aan de koningen dat er een kind was geboren. En toen gingen ze samen naar Jezus.’
‘Dan is de vraag; Wie van ons speelt de baby?’ zegt Roy.
‘Dat doe ik!’ Freek staat al midden in de kring. ‘Kijk, ik kan ontzettend goed een baby na doen.’ En hij geeft een show hoe hij kan nephuilen.
Kamille grijpt in; ‘Dan kun je mooi in de wieg liggen tijdens het kerstspel. Ben je lekker rustig.’
‘Nou, dat heet een kribbe.’ Laura kijkt trots de klas rond. ‘Ja, dat weet ik allemaal nog, goed hè?’
Dafne knikt naar haar; ‘Misschien moeten we eerst even kijken wat we nodig hebben; bijvoorbeeld spullen voor de herders.’
Kamille zegt; ‘Volgens mij hadden ze kamelen voor de herders.’
‘Nee, die waren voor de koningen hoor. Die kwamen op kamelen naar de stal.’
‘De belangrijkste rol is de verteller. Ik denk dat ik dat heel erg goed kan. Wat denken jullie?’ Mike kijkt de klas vragend aan. De meeste kinderen knikken tevreden naar hem.
‘Ik heb een heel goed idee,’ Roy gaat staan. ‘Elk verhaal heeft een beetje spanning nodig. Het kerstverhaal ook, anders is het zo suf. We doen de Grinch er ook bij in!’
Er vallen letterlijk een aantal monden van zijn klasgenootjes open.
‘De Grinch? Serieus? Dat is niet van het verhaal van Jezus joh! Dat is een kerstfilm! Er moet ook een koe in de stal, maar de Grinch kan echt niet!’ Lois is zeer verontwaardigd.
Roy laat zijn idee niet zomaar los. ‘Kom op Lo! Een beetje spanning!’
Lois kan het niet aan; ‘Dat kan gewoon echt niet. De Grinch is een groen, harig monster en hij vindt Kerst vreselijk! Dan stop je hem toch niet in het kerstspel?!’
‘Nou Lois, de Grinch vond Kerst in het begin niet leuk. Alleen aan het einde van de film vond hij het wel leuk, dus hij kan best in ons kerstspel.’ Nadia neemt het voor Roy op. De rest van de klas is wat minder overtuigd en geeft Lois gelijk. De Grinch mag dit jaar niet meedoen.
‘HOOI!’, klinkt er ineens uit de kring. ‘Als ik het schaap ben, heb ik hooi nodig!’ Joe is duidelijk nog steeds van mening dat hij het schaap moet zijn.
‘Jongens, we moeten nog wel iets spannends toevoegen. De Grinch was wel spannend maar past niet. We hebben iets anders nodig,’ geeft Amber aan.
‘Ik weet hoe we het spannend kunnen maken!’ Emma gaat staan. ‘Één van die koningen wordt boos, dat is het spannende stuk!’
‘Ja, die koning probeert Jezus af te pakken en dood te maken.’ Joy valt Emma bij maar Roy onderbreekt haar. ‘Dat was een keizer en die hoort ook niet in het kerststuk, net als de Grinch.’
‘Ja, dat met die keizer is pas later in het verhaal. Dan hangen ze hem aan het kruis. Dat is niet met Kerst maar met Pasen.’ Mike helpt Roy mee.
‘We vergeten een belangrijke rol! De meneer van het hotel. De hotelbaas. Oh, ik ben zijn naam kwijt. In Bethlehem. Die meneer. Hoe heet hij nou? De hotelbaas!’ Amir bijt op zijn lip.
‘Oh, je bedoelt de eigenaar van de herberg. Herbergier!’ zegt Laura.
‘JA! Die ben ik!’ Amir trekt een wijs gezicht en wrijft over een denkbeeldig baardje. De groep moet om hem lachen.
‘We hebben ook speciale kleren nodig. In een bijzondere kleur. Dat doet de kerk ook altijd. Groen hoort bij Jezus.’ Mick kijkt mij tevreden aan.
‘Oh, nee. Wit is de kleur van de kerk,’ geeft Kamille aan.
‘Nee, wit is normaal, Kamille,’ corrigeert Joe haar.
Nadia doet er een schepje bovenop. ‘Wat is nou weer normaal?’
‘Weet ik veel, we moeten gewoon weten welke kleur we aan doen. Juhuf! Als jij nou de pastoor even appt. Duh. Jongens, juf appt hem en dan weten we het zo.’ Amber kijkt me aan alsof het de normaalste zaak is dat ik het mobiele nummer van de pastoor heb en hem meteen even app.
‘Laat maar, we doen lekker “kerstig” groen en rood. Dat vindt iedereen mooi,’ Laura is zichtbaar klaar met de discussie.
‘Oh, jongens. We moeten echt veel regelen. Juf help! Waar gaan we dit doen? Welke kleren moeten we aan? Komen onze ouders ook kijken?’ Amber overziet het even niet meer en kijkt me wanhopig aan.
We bespreken dat het dit jaar sowieso anders is dan anders. Dat komt natuurlijk door Corona. Maar ook hierop hebben ze wilde plannen. Voor ik het doorheb hebben ze het over filmen, RTV Noord, TikTok, Facebook en nog veel meer.
‘Nou juhuf! Het is geregeld! We gaan gewoon live op jouw “Juhuf” Instagram zodat iedereen op de hele wereld ons kan volgen. Dan worden we vet beroemd, man!’ Laura ziet het helemaal voor zich en haar klasgenoten knikken instemmend.
Ik schiet in de lach; ‘Nou, jongens. Dan moet ik wel wat doen aan mijn volgers, want ik ben niet zo populair als jullie op sociale media. Zullen we het kerstspel maar gewoon hier op school organiseren? Dan maken we wel wat foto's voor jullie ouders.’
Ze geven me helemaal gelijk.
‘Misschien moeten we de komende weken toch eerst nog even goed oefenen, want we kennen het verhaal nog niet zo heel goed geloof ik,’ gniffelt Laura. De rest van de klas schiet ook in de lach.
‘Dat lijkt me een heel goed plan. Voor we een kerstspel hebben over de Grinch en een schaap,’ vul ik haar aan en de hele groep moet lachen.